Onlangs heb ik bij een Kinderopvang Organisatie een presentatie gegeven over hoogbegaafdheid. Naast de kenmerken van hoogbegaafdheid bij kinderen, kwamen ook de speciale behoeften van hoogbegaafde (en vaak ook hoogsensitieve) kinderen ter sprake. Eén van de pedagogisch medewerkers stelde mij de kritische vraag: “Maar wat jij ons nu vertelt, dat hebben toch álle kinderen nodig?”. Ja, de meeste behoeften die ik benoemde, gelden inderdaad ook voor andere kinderen. Maar waarom heb ik ze dan toch opgenomen in mijn presentatie? En waarom vind ik het zo belangrijk om ze te benoemen? Deze pedagogisch medewerker heeft mij aan het denken gezet!
Gezien en gehoord worden
Het is ontzettend belangrijk dat je als hoogbegaafd kind gezien en gehoord wordt. Geldt dit ook voor andere kinderen? Jazeker! Het is voor ieder kind belangrijk om gezien en gehoord te worden. Omdat dit impliciet de bevestiging geeft dat jij oké bent, zoals je bent! Je mag er zijn.
En juist daar wringt ‘m de schoen… Hoogbegaafde kinderen krijgen vaak de boodschap mee dat ze niet oké zijn zoals ze zijn. Worden weggezet als betweters, of krijgen geen beurt in de klas omdat ze toch altijd het antwoord weten. Als ze vertellen in de kring over een voor hun interessant onderwerp, maar geen klasgenoot haakt aan of vindt het interessant, waardoor de juf het maar afkapt… Word je dan gezien? Nee. Het vergt dus meer moeite en aandacht om een hoogbegaafd kind ook écht te zien in je groep.
Authenticiteit, écht zijn
Meer dan een gemiddeld kind heeft een hoogbegaafd kind het nodig dat je echt bent. Speel geen rol, doe niet alsof je vrolijk bent, terwijl je eigenlijk gewoon slecht geslapen hebt en chagrijnig bent. Met name hooggevoelige kinderen prikken daar feilloos doorheen. En aangezien de meeste hoogbegaafde kinderen hoogsensitief zijn, voelen zij ook feilloos aan dat er iets niet klopt. Wat je als leerkracht of pedagogisch medewerker doet als je een rol speelt en niet uitspreekt wat je lichaam wél zegt: je brengt een kind daarmee in verwarring. Het leert ervan om niet op zijn eigen instinct/gevoel te vertrouwen. Het zal het dan toch niet goed gevoeld hebben? Kinderen die wel voldoende vertrouwen hebben in eigen gevoel en oordeel, zullen jou dan niet meer serieus nemen. Hoewel het voor jou iets onschuldigs is en waarschijnlijk zelfs goed bedoeld, vind een hoogbegaafd kind dat je niet eerlijk bent. En dat is iets wat bij hoogbegaafde kinderen héél belangrijk is.
Autonomie, zelfbepaling
Ieder kind heeft een zekere mate van zelfsturing, autonomie, nodig. Een stuk zelfstandigheid, passend bij de leeftijd. Waarin verschilt een hoogbegaafd kind hierin van andere kinderen? Hoogbegaafde kinderen hebben hier een veel grotere behoefte aan! Een hoogbegaafd kind stelt (bijna) alles ter discussie. Hoezo bepaal jij wat ik ga doen? En waarom bepaal jij dat? En waarom moet ik het doen? Hoogbegaafde kinderen zijn zelden volgzaam. Tenzij ze zich aangepast hebben, dan doen ze gewoon wat je van ze vraagt, maar de ‘waarom-vraag’ stellen zij wel intern en ook zij worstelen met hun motivatie omdat ze weinig autonomie ervaren. De mate waarin zij behoefte hebben aan zelfstandigheid loopt overigens niet synchroon met hun kalenderleeftijd.
Niet boven, maar naast het kind staan
In het verlengde hiervan, heeft een hoogbegaafde weinig met autoriteit. Bij het woord ‘moeten’ gaan de hakken veelal in het zand. Hoezo moet ik? Wat moet ik? Ik moet helemaal niets!
Daar waar veel kinderen accepteren dat een leerkracht of groepsleidster het voor het zeggen heeft, accepteren hoogbegaafde kinderen dat niet. Als je iets van ze ‘gedaan wilt krijgen’, helpt het om naast ze te gaan staan en samen te bedenken wat nodig is. Dit verkleint de kans op weerstand en verhoogt de motivatie om mee te werken. Klinkt makkelijker dan het is. En ondanks de weerstand tegen autoriteit IS een leerkracht of pedagogisch medewerker natuurlijk wel gewoon ‘de baas’. En ‘moet’ er soms ook gewoon iets gebeuren (denk aan opruimen bijvoorbeeld).
Ontwikkelingsgelijken
Een groot verschil bij hoogbegaafden is dat hun ontwikkelingsgelijken zich doorgaans niet onder hun leeftijdsgenootjes bevinden. Soms heb je als hoogbegaafde mazzel en zit er nog een hoogbegaafd kind in je klas, waarmee het klikt.
Het is voor hoogbegaafde kinderen veel meer van belang dat zij zich vrij door de leeftijdsgroepen kunnen bewegen (denk aan de BSO) of dat zij met andere hoogbegaafden in een groep zitten, zodat ze samen zijn met kinderen die dezelfde interesses hebben en op dezelfde manier denken als zij.
Uitdaging, iets nieuws leren
Alle kinderen hebben behoefte aan uitdaging, willen iets nieuws leren. Het verschil is dat hoogbegaafde kinderen veel sneller en veel meer willen leren. Hun tempo ligt hoger en hun manier van leren is anders. Ze hebben daarnaast een ENORME leerhonger. Daarin zijn ze echt anders dan andere kinderen. Het is een uitdaging om hun leerhonger te kunnen stillen. Ze hebben meer dan andere kinderen behoefte aan nieuwe ervaringen, nieuw materiaal, nieuwe onderwerpen.
Rustmomenten in prikkelarme omgeving
Als kinderen uit school bij de BSO komen, hebben ze even behoefte aan bijkomen, rust. Daarin verschillen hoogbegaafde kinderen niet van andere kinderen. Alle kinderen krijgen veel prikkels van de hele dag op school in een groep zijn en werken. De kinderen die er hard aan moeten trekken om mee te kunnen komen, zijn ook ‘op’ aan het eind van een schooldag en willen even niets. Hoogbegaafde kinderen zijn vaak moe van verveling of frustratie op school en zijn om die reden moe. Hoogsensitieve kinderen zijn vooral moe van alle prikkels die ze de hele dag hebben moeten verwerken. Nooit is het in een klas even helemaal stil, er is altijd geluid. Er is altijd beweging. Dan heb je echt behoefte om je even helemaal af te sluiten. De manier waarop kinderen dat doen verschilt. De één wil graag in een soort hutje zitten, de ander leest een Donald Duck en weer een ander wil liever tekenen. De kinderen die hard hebben moeten werken op school om het bij te kunnen benen, willen waarschijnlijk juist even helemaal fysiek losgaan en naar buiten, rennen en bewegen!
Voorspelbaarheid, duidelijke regels en structuur
Ritme, reinheid en regelmaat… daar gedijen alle kinderen goed op. Toch is de behoefte van hoogbegaafde kinderen aan duidelijkheid vaak groter dan bij andere kinderen. Zij vinden het lastig als er afgeweken wordt van een regel. Begrijpen niet goed waarom iets nu ineens wel mag, terwijl het anders nooit mag?! Zeker als een ander iets mag, wat zij gisteren niet mochten… oe dat is oneerlijk! Het helpt als je kunt uitleggen waarom er afgeweken wordt van de regel. Als het hoogbegaafde kind je begrijpt, is het eerder in staat om de afwijking te accepteren.
Bijzondere dagen, zoals bijvoorbeeld de koningsspelen of een paasontbijt, zijn extra spannend voor hoogsensitieve kinderen. Hoe zal het gaan? Wat gaat er gebeuren? Vind ik het wel leuk? Wat als ik het niet leuk vind? De hoeveelheid prikkels is meestal veel hoger waardoor ze er van te voren al tegenop kunnen zien. Ook het onbekende vinden ze superspannend! Natuurlijk is het voor alle kinderen spannend, maar daar waar veel kinderen het wel ‘over zich heen’ kunnen laten komen, kunnen hoogbegaafde kinderen zichzelf zelfs ziek maken van spanning!
Zijn de behoeften van hoogbegaafde kinderen wezenlijk anders dan die van andere kinderen? Ja en nee. Sommige behoeften zijn wel anders en vragen echt om een andere aanpak. Andere behoeften zijn hetzelfde, maar vragen toch om een andere aanpak. De behoefte is wellicht hetzelfde, het kind is dat niet. Dus om aan de behoefte van een hoogbegaafd kind tegemoet te kunnen komen, is het van belang om het kind te zien, écht te zien, in al zijn eigenaardigheden.
Reactie plaatsen
Reacties